Dag 63 - Op naar het volgende land: Vietnam!

21 maart 2018 - Hanoi, Vietnam

Om half zeven gaat de wekker, want... Vandaag gaan we naar Vietnam! We hebben allebei enorm veel zin om het volgende land te gaan bezoeken, en door alle verhalen van Roel zijn we ongelofelijk nieuwsgierig geworden naar Vietnam. Het klinkt ideaal: leuke/lieve mensen, lekker eten, mooie natuur en hartstikke goedkoop! Daarbij zijn we ook wel klaar om KL achter ons te laten, na ruim een week hebben we het hier ook wel gezien en begint de behoefte naar een nieuw avontuur weer te kriebelen.

Onze vlucht vertrekt om 12:10 vanaf Kuala Lumpur international naar Hanoi, de hoofdstad in het noorden van Vietnam. 's Ochtends bestellen we een Grab naar het vliegveld en we komen daar rond een uur of negen aan. Eenmaal aangekomen checken we onze backpacks in en gaan we aan de slag om onze laatste ringgits uit te geven, want we gaan weer naar een nieuwe valuta!

We drinken een kopje white coffee (authentieke Maleisische koffie) dat niet te drinken is. Het is namelijk veel te zoet! Daarna brengen we twee uur lezend door in de Samsung hoek, waar hele luxe banken staan. Dan zien we dat onze vlucht een half uur is vertraagd en besluiten we nog ergens wat te gaan lunchen. Na de lunch vertrekken we naar onze gate en zien we dat bijna iedereen al is ingestapt! We zijn zo ongeveer de laatste die boarden en dan kunnen we gaan.
We vliegen met Malindo Air, een superluxe vliegmaatschappij. We hebben veel beenruimte, drie stoelen voor ons alleen, en allebei een eigen schermpje. De stewardessen zien er prachtig uit, met wikkelrokken, witte blousejes en enorme nepwimpers. De drie uur durende vlucht vliegt voorbij en we kijken allebei twee films. En dan komen we aan Vietnam.

We gaan soepeltjes door de douane heen dankzij ons e-visum. Onze tassen rollen binnen tien minuten van de band af en dan lopen we de vertrekhal in. Natuurlijk zwermen de taxichauffeurs direct op ons af en overal wordt geroepen: "sim card? Sim card?" Zou dit al de chaos zijn die ons werd beloofd in Vietnam?

Voordat we iets kunnen ondernemen, moeten we eerst geld hebben. We hebben gehoord dat pinnen af en toe lastig is in Vietnam en dat er automaten zijn waar je maximaal 2.000.000 Dong (+/- €80) kunt opnemen, maar dat er op het vliegveld een staat waar je 9.000.000 Dong kunt pinnen! Dat moeten we hebben. Maar helaas, na ruim een half uur zoeken, en drie keer het hele vliegveld gezien te hebben, is het hoogste bedrag dat we kunnen pinnen 2 miljoen Dong. Niets aan te doen, want we moeten toch naar ons hotel toe komen. Op het vliegveld kopen we ook gelijk twee simkaarten en dan gaan we op zoek naar de lokale bus, bus 86, die ons voor 30.000 Dong (€1,20) naar de old quarter in Hanoi kan brengen.

Zodra we buiten komen, zwermen er weer taxichauffeurs om ons heen, maar stoïcijns lopen we door naar de bushalte. Hier worden we enorm vriendelijk geholpen door een buschauffeur die pauze heeft en als we bij onze halte aankomen, staat er gelijk een andere busmedewerker klaar om uit te leggen hoe de bus werkt en waar we kunnen uitstappen zodat we niet ver meer hoeven te lopen naar ons hotel.

In de bus zien we voor het eerst het landschap van Vietnam; de beloofde rijstvelden, de Frans geïnspireerde maisonnettes en de enorme hoeveelheid scooters! Het verkeer lijkt één grote chaos, maar is op een of andere manier tegelijkertijd goed georganiseerd. Er geldt de wet van de sterkste, de gene met de grootste (oftewel die als laatste remt) mag als eerst. Als we de bus uitstappen en onze backpacks op onze rug hijsen, stappen we deze georganiseerde chaos in en kijken onze ogen uit. Na de eerste oversteek moet ik gelijk denken aan de film Mulan, waar een scène is waarin de oma van Mulan met de gelukskrekel met haar ogen dicht een drukke weg oversteekt. Zo voelt het ook om over te steken in Vietnam. Je moet gewoon gaan, vooral niet om je heen kijken, want zodra je oogcontact maakt met iemand stop deze niet meer voor je. Gelukkig komen we ongeschonden aan in ons hotel: het Hanoi Traveller House.

In het Hanoi Traveller House worden we enorm enthousiast en lief ontvangen door Thomas: de receptionist. Vol enthousiasme begint hij gelijk te ratelen over alles wat we zouden moeten gaan zien en doen in Hanoi, en natuurlijk hoe hij ons hierbij kan helpen. Maar wanneer hij nog een blik werpt op onze bleke, vermoeide gezichtjes besluit hij dat we direct naar onze kamer moeten gaan en even moeten bijkomen van de reis. We volgen zijn advies op, klimmen de trappen op naar onze kamer op de vierde verdieping en blijven een uurtje op de kamer chillen. Het hotel zelf is erg mooi, een heel smal hoog huisje met schone kamers en prachtig uitzicht over Hanoi. Hierna hebben we honger en... Zin in bier!

Op advies van enthousiaste Thomas gaan we naar de straat Ta Hien, onder backpackers ook wel bekend als "beer street". De straat is vol met tentjes waar honderden mensen lekker zitten te eten en biertjes zitten te drinken. Na het Islamitische Maleisië is het een verademing om hier overal mensen op straat bier te zien drinken. We kiezen een tentje uit en nemen plaats op de kleine houten stoeltjes. We bestellen een paar frituurhapjes en een heerlijk biertje: de Tiger Crystal, een soort van Corona achtig biertje. Tien bier later vinden we het mooi geweest, zwalken we terug naar ons hotel en gaan we lekker slapen.

Foto’s